Populaire Sporten
Alle Sporten
Toon alles

Kroonieken | Toen vader Adrie van der Poel zoon Mathieu het goede voorbeeld gaf in de Ronde van Vlaanderen

Sander Grasman

Geupdate 30/03/2023 om 13:44 GMT+2

34 jaar voordat Mathieu van der Poel voor de eerste keer de Ronde van Vlaanderen won, gaf zijn vader Adrie het goede voorbeeld door de onverslaanbare Sean Kelly te verslaan. Felix Lowe gaat terug in de tijd naar 1986, naar die verrassende zege van de Nederlander en de editie waarin de Ier het dichtst bij de overwinning kwam in het enige Monument dat hij nooit zou winnen.

Ronde van Vlaanderen | Mathieu van der Poel wint de Ronde van Vlaanderen 2022

Luister hier naar de podcast:
Bijna overal waar Mathieu aan de start staat, wordt hij gerekend tot de favorieten. Tijdens de laatste editie van de Strade Bianche reed de Nederlander pas zijn eerste wedstrijdkilometers op de weg, maar toch was hij de man op wie alle ogen gericht waren. Eenzelfde eeuwige favorietenrol kreeg een generatie eerder de Ier Sean Kelly toebedeeld. Hij reed overal en overal was hij de te kloppen man. Maar in de Ronde van Vlaanderen van 1986 - het enige monument dat Kelly nooit zou winnen - slaagde hij er niet in die favorietenrol waar te maken. Uitgerekend Mathieus vader Adrie was hem die dag in de sprint de baas.

ZO VADER, ZO ZOON

Adrie van der Poel vond de Ronde van Vlaanderen van 2020 stressvoller dan de editie die hij zelf won. Niet alleen had hij nu de uitkomst niet in eigen hand, maar hij kon de koers van Mathieu slechts met een schuin oog volgen, omdat hij die dag voor het Alpecin-Fenix-team van zijn zoon reservebanden en musettes moest uitdelen langs de route.
"Hij zat voorop met twee andere toppers", herinnert Van der Poel zich de winnende ontsnapping waarvan ook Wout van Aert en wereldkampioen Julian Alaphilippe deel uitmaakten. De Fransman kwam echter met nog zo’n 35 km te gaan in botsing met een motorfiets en smakte tegen het asfalt, waarna Wout en Mathieu het als zo vaak onderling moesten uitvechten.
“Het was de strijd die iedereen wilde zien. Van Aert had een paar weken eerder in San Remo zijn eerste monument gewonnen, dus het was erg fijn voor Mathieu om, na al zijn harde werken, ook zíjn eerste grote monument te winnen. En voor mij was het extra speciaal, omdat het een koers was die ikzelf ook had gewonnen."
Op 6 april 1986 won Van der Poel senior namelijk zelf ook de Ronde, waarbij hij verrassend de Ierse veelwinnaar achter zich hield en in Meerbeke de beste was van een viermansontsnapping. Het was al de tweede keer in vier jaar dat Kelly als tweede eindigde in Vlaanderen - het enige monument dat ontbreekt op zijn verder nagenoeg onberispelijke palmares.
picture

Ronde van Vlaanderen | Samenvatting van de zinderende zegetocht van Van der Poel

SEAN KELLY

Als Kelly ooit de Ronde van Vlaanderen wilde winnen, was 1986 het jaar dat dat moest gebeuren. De toen 29-jarige Kelly was op de toppen van zijn kunnen en had al een vijfde opeenvolgende overwinning in Parijs-Nice en een eerste zege in Milaan-San Remo op zak. Maar het resultaat van een wielerwedstrijd wordt niet alleen op vorm beslist. Kelly kan nu gemakkelijk toegeven dat hij die dag overmoedig was.
Adrie van der Poel was dat jaar ook in goeden doen, maar grote overwinningen bleven aanvankelijk uit. Nadat hij een seizoen eerder de zeges aaneenreeg, stond hij zonder overwinningen aan de start van het Vlaamse voorjaar, al eindigde Adrie wel keer op keer bij de eerste tien. Bijvoorbeeld in Milaan-San Remo en de Driedaagse van De Panne, maar de zoete smaak van een overwinning ontbrak nog. "In 1986 was ik in alle koersen goed, maar ik behaalde geen overwinningen", herinnert hij zich. "Dus het was een kwestie van ‘duimen’ en wachten op de eerste overwinning."
Van der Poel reed voor het Nederlandse Kwantum Hallen-team. Hij was misschien geen Sean Kelly, maar won naast het WK Veldrijden en een nationale titel op de weg, toch ook drie klassiekers (Amstel Gold Race in 1990, Luik-Bastenaken-Luik in 1988 en dus deze Ronde van Vlaanderen in 1986). In hetzelfde jaar van zijn winst in Vlaanderen belandde Van der Poel met een derde plek ook op het podium van Parijs-Roubaix. Veelzijdigheid is blijkbaar een familietrekje in huize Van der Poel.
Waar Van der Poels teller van overwinningen in een monument in 1986 nog op nul stond, begon Kelly aan de 70e editie van de Vlaamse Hoogmis met vijf gewonnen monumenten achter zijn naam. Hij won Lombardije al twee keer en Roubaix, Luik en San Remo allemaal eenmaal. Die laatste had hij slechts een paar weken eerder voor het eerst aan zijn erelijst toegevoegd, toen hij Greg LeMond en Mario Beccia op de Via Roma te slim af was. Van der Poel kwam daarin in de achtervolgende groep als zevende over de streep op 23 seconden.
Sinds zijn overwinning aan de Italiaanse Rivièra had Kelly een vol programma afgewerkt. Daarin was hij tweede geworden in zowel het Critérium International als de Driedaagse van De Panne, voordat hij zijn Spaanse sponsor Kas tevreden hield met een eindoverwinning in de Ronde van het Baskenland.

ALTIJD EN OVERAL KOERSEN

Kelly was een renner van een uitstervend soort. Net als ‘Kannibaal’ Eddy Merckx jaren eerder reed hij vrijwel elke koers om te winnen. Ondanks dat hij in 1986 bijzonder veel hooi op zijn vork nam - hij reed wat hij later zou omschrijven als een "krankzinnig" schema -, zou de Ier in dat seizoen meer dan 30 overwinningen behalen.
Dat schema was grotendeels bepaald door zijn trouwe manager Jean de Gribaldy, wiens beroemde mantra luidde: "Als je niet koerst, moet je trainen, dus je kunt net zo goed koersen." Deze meedogenloze filosofie hielp Kelly een van de bepalende renners van de jaren '80 te worden: een veelzijdig renner die in staat was om zowel monumenten als grote rondes te winnen.
De Gribaldy was niet als enige verantwoordelijk voor Kelly's drukke koersschema. Drie van zijn meest succesvolle jaren reed Kelly voor Kas, de Spaanse frisdrankproducent die als hoofdsponsor van het team de plaats innam van Skil. Kelly's hart lag misschien bij de kasseiklassiekers, maar het bedrijf dat zijn salaris betaalde was meer geïnteresseerd in hun naamsbekendheid in Spanje en liet hem dus vaak daar koersen.
Kelly gaf in zijn autobiografie Hunger openheid van zaken: "Ik herinner me dat de grote baas, Luis Knorr, tegen me zei: 'Ronde van Spanje, Ronde van het Baskenland, Catalonië - als je die koersen kunt winnen, ben ik blij. De klassiekers worden altijd in de kou verreden en bovendien drinken Belgen alleen bier, geen frisdrank.'"
Maar na tweede te zijn geëindigd in de editie van 1984 - waarin Kelly de sprint won van de achtervolgende groep, 25 seconden achter de winnende solist Johan Lammerts - was Kelly erop gebrand om ditmaal voordat hij de volgende dag meteen naar Antzuola in het noorden van Spanje vertrok voor de eerste etappe van de Baskische Ronde. Als reputatie en vorm samen Kelly tot de duidelijke favoriet maakten toen 175 renners uit Sint-Niklaas voor de Ronde vertrokken, was zijn opbouw ook bijna foutloos geweest. Aan de andere kant was Van der Poel ook niet bepaald uit vorm.

DE RONDE VAN ‘86

In schril contrast met de vorige editie, die in abominabele omstandigheden gewonnen werd door de Belgische nationale kampioen Eric Vanderaerden, was het weer in 1986 droog en mild. Er waren dertien kasseihellingen opgenomen in de 274 km lange route en toen Panasonic's Eddy Planckaert het tempo in de hoogte slingerde op de lange klim van de Oude Kwaremont, was de vroege vlucht van diens twee landgenoten Marc van Geel en Dirk Demol al rap gezien.
In achtervolging op Planckaert vormde zich een selecte groep van zo’n 20 renners, met Kelly in zijn opvallend gele Kas-trui als een van de drijvende krachten. Al snel werd Planckaert weer bijgehaald en het was diens Panasonic-ploegmaat Jos Lammertink die vervolgens op de Paterberg het tempo opvoerde, waardoor het pelotonnetje opnieuw uiteen viel. Toen kwam de beruchte Koppenberg, waar Vanderaerden met een paar seconden voorsprong op het peloton als eerste aan begon. Hier werd een tweede tweede forcing doorgevoerd en op dit smalle en steile boerenspoor kreeg de toekomstige winnaar te maken met een flinke tegenslag.
Terwijl het achtervolgende peloton als een accordeon in elkaar schoof toen het steiler werd, raakte een renner van Peugeot uit balans en blokkeerde met zijn val bijna de hele weg, waardoor iedereen achter hem hard in de remmen moest knijpen. Een handvol renners wist om het obstakel heen te sturen, maar Van der Poel was een van de grote namen die aan de verkeerde kant van de ongelukkige Peugeot-renner belandde. Met het getrek en geduw dat er daarna ontstond, had de Ronde van Vlaanderen voor even iets weg van een veldrit op de Koppenberg.
"Ik kon niet meer op de fiets komen, dus ik moest de klim al rennend afmaken," herinnert Van der Poel zich. Dit gebeurde allemaal net op het moment dat Planckaert en Kelly de achtervolging inzetten op Vanderaerden. In hun zog volgden renners als Marc Sergeant, Steve Bauer, Johan Van de Velde en Greg LeMond, de jonge Amerikaan die een jaar daarvoor zowel de Tour de France als het WK als tweede had afgesloten.
"De eerste informatie die we een paar kilometer later kregen, was dat er een groep van 10 renners voorop reed - 10 goede renners", zegt Van der Poel, die in het peloton reed met onder anderen Hennie Kuiper, de winnaar van 1981, drievoudig Paris-Roubaix-winnaar Francesco Moser en tweevoudig Tour de France-winnaar Laurent Fignon (die tien dagen later La Flèche Wallonne zou winnen).

PLOEGENSPEL

Met drie renners van Panasonic (Vanderaerden, Van de Velde en Planckaert) en twee sterren van La Vie Claire in Bauer en LeMond kende de kopgroep twee sterke blokken. "Dat was precies het probleem," herinnert Van der Poel zich, "dat één team vertegenwoordigd was door drie of vier renners. Ik voelde vrij snel dat er iets niet mis was in die eerste groep, want de voorsprong werd nooit groter dan één minuut tien, terwijl de koers op de Koppenberg al gelopen had moeten zijn."
Hij had gelijk. Planckaert had een lekke achterband en zonder teamauto in zicht moest hij wachten op halfslachtige mechanische hulp van de neutrale wagen, waarna hij gedwongen werd om een ​​achterstand van 45 seconden goed te maken. Teamgenoot Van de Velde liet zich uitzakken en hij hielp Planckaert met nog 40 kilometer te gaan terug te keren vóór de Leberg.
Op de Berendries speelde La Vie Claire als eerste de kaart-LeMond uit. De Amerikaan sloeg een klein gaatje en opnieuw was het de taak van manusje-van-alles Van de Velde om de dreiging te neutraliseren. Nadat LeMonds aanval al snel de kop in gedrukt was, bundelden diens teamgenoot Bauer en een herstelde Planckaert hun krachten op de 11e hindernis van de dag, de machtige Muur van Geraardsbergen. Het was op deze mythische klim naar de kapel waar de eerdere inspanningen hun tol eiste op de vermoeide benen van Planckaert, die de hele dag een onmogelijk zwaar verzet trapte. Bauer reed weg van de fysiek bankroete Planckaert en kwam met een mooie marge van 50 seconden op de achtervolgers over de top. Kelly leidde deze achtervolging, nadat de rest van de kopgroep door het peloton was opgeveegd.

VAN DER POEL KEERT TERUG

Bauer behield op de Bosberg, de laatste test van de dag, een voorsprong van 40 seconden en toen Planckaert eenmaal was bijgehaald, testten enkele renners in de achtergrond hun krachten. Niet alleen Kelly en de volhardende LeMond lieten zich zien, maar ook de voormalige wereldkampioen Claude Criquielion en zijn Hitachi-teamgenoot Jean-Philippe Vandenbrande. Daarnaast begon Adrie van der Poel zich ook iets vaker in de debatten te mengen, nadat de Nederlander zich tot dusver wat had weggestoken sinds zijn voettocht op de Koppenberg.
Kelly en Vandenbrande raakte uiteindelijk met zijn tweeën weg en naderden al snel de Canadese vluchter. "Na de Muur van Geraardsbergen was er een kleine groep vooraan met Kelly, Bauer en Vandenbrande," herinnert Van der Poel zich. "Ik denk dat ik met nog ongeveer acht tot tien kilometer te gaan, de enige was die het gat kon dichten. Oftewel, ik was daarachter de sterkste."
Van der Poel had zich inderdaad net bij Kelly en Vandenbrande gevoegd, toen dit trio met het bijhalen van Bauer op zeven kilometer van de meet een leidend kwartet werd. Het grote aantal kleppers achter hen betekende dat er geen moment van rust was voor de leiders - geen kans om kat-en-muisspelletjes te spelen op weg naar de finish. Maar het werd ook steeds duidelijker dat een van deze vier die middag voor het eerst in hun carrière de Ronde van Vlaanderen zou winnen.
Hoewel het hier om de enige grote scalp ging die Kelly tot dan toe was ontglipt, hinkte hij naar eigen zeggen in die finale op twee gedachten. Met een schuin oog keek hij namelijk ook al naar Parijs-Roubaix van een week later. In zijn autobiografie Hunger geeft Kelly toe dat hij aanbood om Van der Poel te helpen in ruil voor een wederdienst van de Nederlander op de kasseien van Noord-Frankrijk. Niet alleen snakte de Nederlander zelf naar een overwinning, een zege in Vlaanderen zou zijn team, de Nederlandse doe-het-zelf-keten Kwantum, meer waard zijn dan één in Roubaix.
Het tussen de twee gesloten pact leek lange tijd van weinig belang, aangezien Kelly in de kopgroep reed en Van der Poel na het oponthoud op de Koppenberg op achterstand rond fietste, maar plots deed die toch weer terzake toen de twee mannen zichzelf in het leidende kwartet terugvonden en de finish naderden.

OVERMOED?

Kelly deed in ieder geval opvallend veel kopwerk voor iemand die de duidelijke favoriet was. Desalniettemin benadrukte Kelly in Hunger ook dat beide renners 100 procent gaven toen de laatste sprint begon. "Het was een van de edities dat ik me echt goed voelde in de finale van de Ronde van Vlaanderen. Ik herinner me dat ik met nog ongeveer 25 km te gaan, toen de kopgroep zich vormde, met Van der Poel sprak en dat we overeenkwamen om samen te rijden en te zien wat er zou geburen."
Van der Poel was op zijn beurt twee keer opgelucht: eerst omdat hij erin slaagde het gat op Kelly en Vandenbrande te dichten en ten tweede omdat daarna al snel Bauer werd ingehaald. "Steve had heel lang op kop gereden en we wisten dat we hem moesten terughalen, anders was de koers voorbij," zegt hij. "Dat wist ik en dat wist Sean ook. Ik was opgelucht toen ik bij de kopgroep kon aansluiten en deed daar wel mijn kopbeurten, maar nooit voor de volle 100 procent", geeft hij eerlijk toe.
Niet alleen de mensen thuis rekenden erop dat Kelly zich weldra zou voegen bij het illustere gezelschap van renners dat alle vijf de monumenten heeft gewonnen, maar ook de Ier zelf dacht er zo over. "Om eerlijk te zijn," zegt Kelly, "voelde ik me zo sterk dat ik dacht dat niemand me die dag kon verslaan. Ik bleef doorrijden en in de laatste kilometer nam ik de groep op sleeptouw. Ik hield het tempo hoog en maakte het de rest zo moeilijk mogelijk, dat was mijn strijdplan.”

LANGE SPRINT

In de laatste rechte lijn ging Kelly tot ieders verbazing bijzonder vroeg aan. "We kwamen aan in Meerbeke”, blikt Kelly terug, “en ik herinner me dat ik tegen mezelf zei dat ik gewoon vooraan moest blijven rijden en dan de sprint van kop af aan te gaan. Iedereen eens laten zien hoe je bergop sprint. Ik denk dat ik ongeveer 180 meter voor de finish de sprint aanging en ik had het gevoel dat niemand me nog kon inhalen. Maar in de laatste 20 of 30 meter begonnen mijn benen steeds zwaarder te worden en ze liepen vol met melkzuur. Plots dook Van der Poel naast me op en hij ging me in de laatste paar meter voorbij."
Terwijl Kelly vermoeid raakte, week Van der Poel uit naar links, waardoor de ongelukkige Bauer de wind uit de zeilen werd genomen. Met een fietslengte voorsprong passeerde hij de meet. Achter hem behaalde Kelly de tweede plaats voor Vandenbrande en de strijdlustige Bauer, wiens aanvalslust misschien meer had verdiend dan deze vierde plek.
Op zijn eigen website kijkt Sean Kelly terug op die Ronde van Vlaanderen en vraagt zich af hoe Adrie van der Poel die dag erin slaagde hem te verslaan. "Ik ging die dag wel voor de winst, maar hij wilde het veel, veel meer," is zijn conclusie.
Het is een eerlijke inschatting, maar hoe kan het dat iemand die alleen deze ene prijs nog nodig heeft om zich definitief bij de allergrootsten van diens sport te voegen, afgetroefd wordt op de wil te winnen. Vierendertig jaar later zegt Kelly daarover: 'Ik “was ervan overtuigd dat in de loop der jaren nog meer kansen zouden volgen om de Ronde van Vlaanderen te winnen, maar op dat moment was ik er ook zeker van dat ik mijn medevluchters in de sprint kon verslaan.”
“Maar dat is ook bij uitstek het moment dat je fouten gaat maken. Wanneer je zo goed rijdt en je je zo sterk voelt, dat je denkt dat je niet kunt verliezen. Als ik het iets voorzichtiger had gespeeld, niet op kop was gaan rijden en de sprint was aangegaan, dan denk ik dat het anders had kunnen lopen.'
Kelly geeft toe dat hij wist dat zowel Bauer als Van der Poel gevaarlijke mannen waren. “Maar zoals ik me voelde in de laatste kilometers - ik voelde dat ik hen op de knieën had. Dat was de fout die ik maakte met Van der Poel, een renner met ervaring, die uitgekookt was in dergelijke situaties. Ik heb hem waarschijnlijk te veel in het zadel geholpen en daar betaalde ik in de laatste meters de prijs voor.”
“Natuurlijk was ik blij dat ik de race had gewonnen, maar niet speciaal dat ik Kelly had verslagen”, zegt de vader van Mathieu over zijn overwinning.”'Hij was zeker de te kloppen man vooraan, maar ik denk dat Seany's enige fout die dag - vooral in de finale - was dat hij er zo zeker van was dat hij ons drie zou verslaan.”.
"Natuurlijk was Kelly teleurgesteld," gaat Van der Poel verder. "Maar toen we elkaar een week later weer tegenkwamen tijdens Paris-Roubaix zei hij: 'Oké, vandaag een nieuwe kans'. Opnieuw belanden we beiden in een viermans kopgroep en dit keer versloeg hij mij."

VAN DE SPAANSE ZON NAAR DE HEL IN HET NOORDEN

Maar voordat de Hel van het Noorden begon, moest Kelly aan zijn verplichtingen richting zijn Spaanse werkgever voldoen. Hij kreeg geen tijd om te treuren over een gemiste Vlaamse kans en terwijl Van der Poel zijn overwinning vierde met een Leffe of twee, moest Kelly zich alweer haasten richting Zaventem om daar het vliegtuig naar Bilbao te halen voor de openingsetappe van de Ronde van het Baskenland de volgende ochtend.
"Als er iemand anders in onze ploeg was geweest die kon worden uitgespeeld in de Spaanse etappekoersen, zou dat de druk op mij misschien een beetje hebben verlicht," vertelde Kelly aan Procycling magazine in 2016.
Gezien zijn zondagse inspanningen in Vlaanderen, kan je het Kelly nauwelijks kwalijk nemen dat hij in de openingsetappe wat vermoeid was en als achtste eindigde. In etappe twee eindigde hij op de tweede plaats achter zijn landgenoot Martin Earley, waarna hij in de derde etappe weer de zoete smaak van de overwinning proefde. Voor zijn terugkeer naar het hoge noorden zou hij nog twee overwinningen en de eindzege aan zijn toch al indrukwekkende seizoensstart toevoegen. Een vlucht terug naar België en een korte autorit naar Compiègne betekende dat Koning Kelly daarna de Koningin der Klassiekers kon rijden.
In druilerige omstandigheden reed een kwartet bestaande uit Kelly, Van der Poel, Rudy Dhaenens en Ferdi Van Den Haute gezamenlijk Roubaix binnen, waar de streep voor het eerst sinds 1943 niet in het Velodrome was getrokken, maar op de stoep van de plaatselijke kledingfabriek La Redoute. Nadat Van der Poel meerdere uitvallen van de twee Belgen had moeten neutraliseren, was het een koud kunstje voor de Ier om dit keer zijn rivaal in de laatste rechte lijn voorbij te steken en zijn zesde van uiteindelijk negen zeges in een monument op te eisen.
"Voor mij was het altijd beter om tweede of derde te zijn achter Kelly dan een renner als Van Den Haute," vertelde Van der Poel drie decennia later aan Procycling.

UNIEK TALENT

Om maar aan te geven hoe uniek de verscheidenheid aan zeges van Kelly was. In al die jaren voor en na hem slaagden slechts twee andere renners erin om zowel La Primavera als de Hel van het Noorden te winnen: de Belg Cyrille Van Hauwaert in 1908 en John Degenkolb meer dan honderd jaar later. Had Kelly ook de Ronde van Vlaanderen weten te winnen, dan zou dat hem een ongekende triple hebben bezorgd. En met de Belgen Rik Van Looy, Eddy Merckx en Roger De Vlaeminck zou de Ier dan ook de enigen zijn met alle vijf de monumenten op zijn naam.
Kelly kende in 1986 al met al een ongekend seizoen. Hij won dus Milaan-San Remo en Parijs-Roubaix, maar ook Parijs-Nice, het puntenklassement in de Vuelta - waar hij ook nog eens derde eindigde in het eindklassement -, de Ronde van het Baskenland, de Ronde van Catalonië en zijn eigen thuiskoers de Ronde van Ierland en werd onder meer tweede in de Driedaagse de Panne, het Criterium International, Parijs-Brussel, de Ronde van Lombardije en dus de Ronde van Vlaanderen. Daarmee lijken zijn vijfde plek op het WK en in de Waalse Pijl zelfs tegenvallende prestaties.
Door Kelly's alomtegenwoordigheid en diens veelzijdige talent waren de ogen van zijn collega's altijd op hem gericht. Eric Vanderaerden zei daarover tegen Procycling: "Als je destijds wilde winnen, moest je beter zijn dan Sean Kelly, omdat hij altijd op de afspraak was. Hij stak zichzelf nooit weg. Als je in een ontsnapping met hem terecht kwam, reed hij mee. Hij keek niet om zich heen om te zien wie er mee zaten."
Hoewel bij Kelly’s seizoen die van alle anderen verbleken, zijn de prestaties van dat jaar van de altijd wat onderschatte Van der Poel ook niet mis. Hij won misschien niet vaak, maar stond naast zijn overwinning in de Ronde van Vlaanderen op het podium in Roubaix én Luik en finishte in de top 10 van Milaan-San Remo, de Amstel Gold Race, Gent Wevelgem, het Kampioenschap van Zürich - een bijna vergeten koers die werd gewonnen door alle grote namen uit de wielergeschiedenis (behalve Eddy Merckx) -, Rund um den Henninger Turm en Parijs-Tours.

NET NIET VOOR KELLY

Kelly keerde een jaar later terug naar de Vlaamse Hoogmis en eindigde opnieuw als tweede - dit keer een minuut achter winnaar Claude Criquielion en weer een jaar later werd hij vierde - verslagen door Van der Poel in de sprint om een plekje op het podium. Was zijn eerdere verloren sprint tegen Van der Poel achteraf zijn beste kans geweest om de enige grote klassieker te winnen die hem altijd zou blijven ontglippen? "Wanneer je naar de laatste kilometers van die koers kijkt, dan was het zeker mijn beste kans - vooral omdat ik me zo goed voelde en dacht dat de andere renners die dag minder sterk.
Kelly zou later nog drie monumenten winnen: Luik in 1989 (Luik), Lombardije in 1991 en nog een keer San Remo in 1992, terwijl hij daarvoor ook de Vuelta won in 1988 - hetzelfde jaar waarin hij zijn zevende opeenvolgende overwinning in Parijs-Nice veiligstelde.
Wat Van der Poel betreft, hij behield dat voorjaar zijn goede vorm in de Ardennen met een derde opeenvolgende podiumplek in een monument: hij werd tweede achter Moreno Argentin in Luik. In tegenstelling tot zijn zoon, won Adrie van der Poel de Ronde van Vlaanderen geen tweede keer, maar hij voegde in 1988 wel La Doyenne toe aan zijn palmares, door in Luik de Belg Michel Dernies en de Schot Robert Millar te verslaan en een overwinning te boeken die hij "misschien een beetje specialer" vond dan zijn zege in Vlaanderen.
"Met al die beklimmingen dachten veel mensen dat het te zwaar voor me zou zijn", zegt hij daarover. "Maar dat jaar was ik goed. Ik volgde de beste klimmers van dat moment. Ik zat in de kopgroep en aan het eind was het vrij gemakkelijk, omdat ik vooraan zat met Millar en Dernies.
"Normaliter zou dat in de sprint geen probleem voor me moeten zijn, maar ik was minder zelfverzekerd dan Sean in Vlaanderen was geweest. Ik wilde ervoor zorgen om niet zoals hij te vroeg op kop te komen, maar precies op het juiste moment aan te gaan. Het was iets makkelijker, omdat het een erg koude en zware dag was, en normaal gesproken ben ik in die omstandigheden op mijn best. Als ik in een positie kwam om een grote koers te winnen, dan won ik die koers vaak ook. Voor mij was het erg speciaal om Luik-Bastenaken-Luik te winnen."

DRIE GENERATIES

De overwinning op zijn eeuwige Belgische rivaal in die nek-aan-nek-sprint maakte van de Van der Poels het eerste vader-en-zoon duo dat eenzelfde monument won. En als je de overwinning van de inmiddels overleden Raymond Poulidor in Milaan-San Remo - de schoonvader van Adrie en de grootvader van Mathieu - meerekent, dan heb je drie generaties monument-winnaars.
"Vader en zoon die dezelfde races winnen is iets speciaals", zegt Adrie. "We hebben ook allebei de Amstel Gold Race gewonnen. Er zijn nog steeds enkele koersen die ik heb gewonnen en hij nog niet, maar hij zal zeker veel meer koersen winnen die ik niet heb gewonnen." Op die groeiende erelijst staan inmiddels ook de Brabantse Pijl, Gent-Wevelgem, etappezeges in zowel de Tour als de Giro en de Italiaanse koers Strade Bianche, die door velen gezien wordt als een mogelijk zesde monument - en Adrie nooit kon winnen, omdat die in zijn tijd simpelweg nog niet bestond.
Kelly vond het geweldig om te zien hoe Mathieu, de zoon van zijn goede vriend Adrie, de Ronde van Vlaanderen won en daarmee misschien wel de eerste van een waslijst aan monumenten op zijn naam schreef. En hij deed het nog wel op de manier waarop de Ier het al die jaren eerder geprobeerd had: van kop af aan.
"Het was geweldig om Mathieu van der Poel vorig jaar te zien winnen en in de voetsporen van zijn vader te zien treden - maar het maakt het voor mij niet gemakkelijker," betreurt Kelly.
Een overwinning in Vlaanderen zou een grote leemte op zijn palmares hebben gevuld, maar er was nog een eendaagse koers die Koning Kelly altijd zou ontglippen: degene die hem het voorrecht zou geven een jaar lang de regenboogtrui te dragen. "Als ik had moeten kiezen tussen de Ronde van Vlaanderen en het wereldkampioenschap, zou ik voor het wereldkampioenschap zijn gegaan", zegt hij. "Iedereen wil daar winnen. Maar de Ronde van Vlaanderen is een monument en de enige die ontbreekt op mijn erelijst. Dat is zeker degene die het meest pijn doet, want ik was goed genoeg om te winnen, sowieso één keer, maar misschien wel vaker. Als ik het tactisch slimmer had gespeeld, had ik mogelijk een Ronde van Vlaanderen kunnen winnen."
Kroonieken is een podcast van Eurosport– geschreven door Felix Lowe en verteld door Karsten Kroon. Vertaling en eindredactie is van Sander Grasman, productie door Fabian Kollau. Meer stukjes wielerhistorie van Felix zijn te vinden op Twitter via @SaddleBlaze. Als je Karsten wilt volgen kan dat via @karstenkroon op Twitter. Eurosport volg je via @Eurosport_NL. Bovendien vind je ons op Instagram en Facebook.
Meer dan 3 miljoen sportfans gebruiken inmiddels de app!
Blijf op de hoogte van het laatste nieuws, resultaten en live sport
Download
Deel dit artikel
Advertentie
Advertentie